Concurrentiebeding in vaststellingsovereenkomst
De kantonrechter in Den Haag heeft een concurrentiebeding buiten werking gesteld dat was opgenomen in een vaststellingsovereenkomst.
Concurrentiebeding
Het ging in deze zaak om een werknemer van een advies- en ingenieursbureau die was gedetacheerd bij een klant. De werknemer werd ontslagen via een vaststellingsovereenkomst, waarin stond dat zijn concurrentiebeding onverminderd van kracht bleef. Na zijn ontslag is deze man gaan werken voor die klant, wat in strijd was met zijn concurrentiebeding. Hij mocht gedurende twaalf maanden na het einde van het dienstverband niet werken voor relaties van de werkgever.
Belangenafweging
De ex-werkgever claimde de contractuele boete. De kantonrechter ging vervolgens over tot een belangenafweging tussen de bedrijfsbelangen van de werkgever bij handhaving van het beding en de belangen van de werknemer om te kunnen voorzien in zijn levensonderhoud en gebruik van zijn grondrecht op vrije arbeidskeuze. Die belangenafweging viel in het voordeel van de werknemer uit: de betreffende klant was toch al weg bij het ingenieursbureau en de ex-werknemer kon meer gaan verdienen en pensioen opbouwen.
Vaststellingsovereenkomst
De kantonrechter merkt wel op dat de partijen zich met de vaststellingsovereenkomst hebben gebonden aan een afspraak, die ‘ook te gelden heeft om te gelden voor zover zij van de tevoren bestaande rechtstoestand mocht afwijken’. Toch oordeelt de kantonrechter dat het toekennen van een boete onder deze omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
Waadi
Artikel 9a van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs bepaalt dat een werkgever die zijn werknemer detacheert, in principe deze gedetacheerde werknemer niet mag belemmeren om na het einde van zijn dienstverband in dienst te treden bij het bedrijf waar hij gedetacheerd was. Als de werkgever dat toch probeert (bijvoorbeeld door een concurrentiebeding) dan is dat niet geldig. Dat lijkt hier aan de hand te zijn geweest, maar de kantonrechter oordeelt niet over het beroep van de werknemer op de Waadi.
Kantonrechter Den Haag, 31 mei 2018, AR Updates 2018-0679